‘Als je niks weet, kun je ook niks leren’

Halbe Osinga, leraar wis- en natuurkunde

share:

23 maart 2023 – Het was lang geleden dat ik een les bijwoonde in het voortgezet onderwijs. Ik denk zelfs dat de laatste keer in 1986 moet zijn geweest, in mijn examenjaar op het vwo. Wis- en natuurkunde zaten beide in mijn pakket, maar ik zou er nog maar weinig van bakken, merk ik in de les van Halbe Osinga, een achtste uur aan de vmbo-examenklas van rsg de Borgen, locatie Ronerborg, in het Drentse Roden. Het gaat over het uitrekenen en tekenen van krachten, over parallellogrammen, over gewicht en over zwaartekracht. Het is een werkles, waarbij ‘meneer’ Osinga, consequent gekleed in pak met stropdas en vest, de leerlingen gedreven door de opgaven loodst. 

De lessen van Halbe Osinga zijn populair op het vmbo in Roden. Hij heeft een keer onderzocht hoe dat komt. Het antwoord was ontnuchterend: omdat ze zo makkelijk zijn, en je er zo weinig voor hoeft te doen. Tegelijk is dat ook een compliment: Osinga legt de leerstof zo goed uit, dat iedereen het kan begrijpen, en hij geeft zelden huiswerk – “thuis doen ze toch niks” – maar laat de leerlingen in zijn lessen keihard werken – “43 van de 45 minuten zijn we aan het werk, is mijn streven”. Het is ook een kleine wraak op zijn eigen leraren van vroeger: “Wiskunde en natuurkunde waren mijn slechtste vakken. Toen ik na de zeevaartschool besloot om niet te gaan varen maar leraar te worden, koos ik bewust voor juist die vakken. Ik zou mijn leraren wel eens laten zien hoe je de stof wél goed uit kon leggen.”

‘Mogen we nog even door?’ vroegen zijn leerlingen

Hij geeft al zesendertig jaar les en probeert iedere dag nog weer een stukje beter te worden. Evidence-informed onderwijs, daar geloof hij in: doen wat bewezen werkt. Sinds hij in 2020 voor de eerste keer de conferentie researchED bezocht, een grassroots-beweging voor en door leraren die een brug wil slaan tussen onderwijspraktijk en wetenschap, brandt zijn onderwijsvuur als nooit tevoren. “Ik kwam er euforisch vandaan”, vertelt hij. “Ik kreeg er antwoorden op alle vragen die ik had. De eerste les na die conferentie probeerde ik toe te passen wat ik had gehoord, en het werkte meteen. ‘Mogen we nog even door?’ vroegen de leerlingen aan het eind van de les.”

De methode Osinga

Het trainen van vaardigheden en het automatiseren van procedures vormen de basis van Osinga’s onderwijsaanpak. “Wat je geautomatiseerd hebt, belast je werkgeheugen niet. Misschien begrijp je nog niet alle concepten, je kunt wel uit de voeten met de opgaven.”

Zijn lessen richt hij in volgens de principes van formatief handelen en ‘backwards design’. Je begint aan het eind: wat moeten de leerlingen weten, wat zijn de einddoelen, wat is het curriculum? Welke stappen moet je zetten om de einddoelen te bereiken en wat moet je daarvoor toetsen? Welke leeractiviteiten passen daar dan bij? Zo ontwerpt hij volledig zijn eigen lesprogramma, ondersteund door een zelfontworpen elektronische leeromgeving (ELO). Er komt geen lesboek aan te pas.

Hij laat zijn leerlingen na een korte instructie vooral heel veel opgaven maken. “Ik loop dan rond, leg uit waar nodig, en zet een krul als het goed is. Zelfs de stoerste jongens blijven het geweldig vinden als ze een krul van de meester krijgen.”

“Beginnende leerkrachten leggen iets uit en vragen dan: snap je het nu? Wat dan optreedt is het Dunning-Krugereffect: leerlingen schatten hun prestaties hoger in dan ze in werkelijkheid zijn. Je kunt beter toetsen of ze het begrijpen. Een toets is vooral een controle voor de leraar: heb ik het goed genoeg uitgelegd? En als ze het goed hebben, is dat meteen een bron van motivatie voor de  leerling. Succes leidt tot motivatie.”

‘Een goede directeur loopt zijn personeel niet voor de voeten’

Hoewel rsg de Borgen een Daltonschool is waar leerlingen standaard in groepjes zitten, zitten ze bij Halbe Osinga aan losse tafels. Dan leren ze het beste, is zijn ervaring. Hij heeft het geluk dat de schoolleiding hem alle ruimte geeft om les te geven op zijn manier. Zijn resultaten geven ook geen aanleiding tot ingrijpen: van 2012 t/m 2022 had 98,5 procent van zijn totaal 324 natuurkundeleerlingen een voldoende op het eindexamen – de laatste drie jaren was het slagingspercentage zelfs 100%; bovendien kiezen op rsg de Borgen beduidend meer leerlingen voor natuurkunde dan op andere scholen. 

Toch heeft hij soms ook last van veranderingen die van bovenaf worden opgelegd. Zo werd er laatst een wijziging in het programma van toetsing en afsluiting (pta) afgekondigd die zogenaamd verplicht zou zijn, terwijl het bleek te gaan om een advies van de VO-raad. Osinga klimt dan in de pen. “Alles wat verplicht is, wat top down wordt opgelegd, daar kan ik niet goed tegen”, zegt hij. “Het zal mijn libertarische aard zijn. Zoals mijn vader zei: een goede directeur loopt zijn personeel niet voor de voeten.” Gelukkig heeft zijn directie in grote lijnen dezelfde opvatting.

Gewoon goed lesgeven

Osinga schrijft sowieso graag over zijn vak. ‘Reflecties’ noemt hij de stukken die hij schrijft voor zijn collega’s. Zijn boodschap: leer goed lesgeven en je lost veel problemen in je klas op. “Geef leerlingen een gevoel van competentie, van autonomie en verantwoordelijkheid en ze gaan presteren. Je moet ze niet dwingen, maar overtuigen en vertrouwen. En geef ze ervaringen van succes, zodat ze trots kunnen zijn.”

Goed lesgeven is lesgeven op een manier die zich bewezen heeft. “Evidence-informed lesgeven mag wat mij betreft centraal staan op de lerarenopleidingen. Ik heb niks met ‘probleemgestuurd onderwijs’ of ‘ontdekkend leren’. Er wordt vaak gezegd dat kinderen over 21st century skills moeten beschikken. Kritisch nadenken is daar een van. Maar hoe kun je kritisch nadenken als je niks weet? Wat je weet, bepaalt wat je leert. Als je niks weet, kun je ook niks leren.”

Wie meer wil weten over wat Halbe Osinga beschouwt als goed onderwijs kan onder meer terecht bij de volgende gratis te downloaden boeken: ‘Op de schouders van reuzen’ van Paul A. Kirschner, Luce Claessens & Steven Raaijmakers (Ten Brink Uitgevers, 2018); ‘Wijze lessen, twaalf bouwstenen voor effectieve didactiek’ van Tim Surma, Paul A. Kirschner e.a. (Ten Brink Uitgevers, 2019); ‘Formatief handelen, van instrument naar ontwerp’ van René Kneyber, Dominique Sluijsman e.a. (Phronese, 2022).

Wil je reageren op dit interview? Stuur dan een mail naar post@geefonsvertrouwen.nl en we plaatsen jouw reactie onder dit artikel.